Rondezondag
Buiten. Even genieten van een zeldzaam zonnestraaltje. Wandelen tot aan de markt, je onderdompelen in de gezellige drukte, ontdekken dat je na zo'n uitgebreid middagmaal de anders zo aantrekkelijke geur van hamburgerkraampjes écht niet meer kan verdragen. In het Manneken-Pis-museum binnenpiepen en giechelend om een miniatuur-Sinterklaaskostuumpje met een héél klein, strategisch gaatje, weer buitenkomen. Slenteren tot aan de voet van de Muur en klagen dat het er zelfs voor voetgangers te steil is. De vrouwelijke Ronderijdsters zien voorbijfietsen, en je verwonderen over het compleet on-vrouwelijke uitzicht van sommigen - ongeschoren benen inbegrepen (terwijl wij dachten dat renners zich altijd schoren, zelfs mannen).
Huisje in. Koffie ingeschonken krijgen die zo straf is dat je er best nog wat water bijdoet. Twee verschrikkelijk lekkere stukken taart oppeuzelen, en zweren dat je de komende drie dagen niet meer hoeft te eten. Toekijken terwijl je jongen zijn verjaardagskadootje openmaakt onder het goedkeurende oog van zijn ouders en zus.
Met de hele familie voor de televisie. Krant met overzicht van het parcours in de aanslag. Collectief opveren als blijkt dat Tom ontsnapt is. Plots beseffen dat de renners over 10 kilometer in "De Bocht" vlakbij zullen passeren. Panikeren dat het misschien al te laat is. Jas aanschieten, iedereen de voordeur uitjagen, op een drafje richting Bocht. Daar aangekomen, nog 10 minuten moeten wachten.
Twee eenzame renners zien aankomen (het is bergaf, dus het gaat snel). Terwijl ze voorbijzoeven, nét genoeg tijd hebben om "Tooooooooooom!!!" te roepen, en je dan afvragen of het niet zielig is voor die tweede renner om steeds de naam van zijn compagnon te horen scanderen en nooit zijn eigen naam. Van je jongen horen dat die wel degelijk de naam van die andere heeft geroepen, maar dat achteraf gezien nogal onnozel vond klinken ("Leif !!!" of "Live !!!", het scheelt niet zoveel). Nog heel even langer wachten, tot het groepje achtervolgers voorbij is. Voor het peloton is er geen tijd, want je moet al spúrten richting thuis en TV als je de eersten nog de Muur wil zien oprijden.
Thuis neerploffen voor TV. Juichen als Tom wint. Daarna giechelen om het interview waarin diezelfde Tom, op de niet-echt-vraag van de reporter "Je bent dus echt de sterkste, he, Tom!?", met een compleet to-the-point "Voilà" repliqueert.
En neen, ik ben niet zo'n gigantische fan van wielrennen, of van Tom Boonen... Maar gisteren was ik dat, in het vuur van de strijd, toch héél even vergeten.
1 Comments:
Wat lief dat je voor jongen C helemaal vergeet dat je eigenlijk geen wielrennen-fanaat bent!
By Anoniem, at 03 april, 2006 20:56
Een reactie posten
<< Home